De stappen van… Wouter Montanus, Officier Infanterie bij de Landmacht
Een academicus in de gevechtslinie
Wouter Montanus (29) studeerde geschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Hij had onderzoeker, docent of lobbyist kunnen worden, maar koos voor een carrière bij Defensie. ‘Ik stelde mezelf de vraag: wat is belangrijker, een auto van de zaak of een zinvolle baan?’
Hoe komt iemand met een bachelor in geschiedenis terecht bij Defensie?
‘Goede vraag, maar mijn keuze voor Defensie is logischer dan je misschien denkt. Om officier te worden moet je je vwo-diploma op zak hebben of al een hbo- of wo-studie hebben afgerond. Welke studie dat is, maakt in veel gevallen niet uit. Een bachelor geschiedenis vormt in mijn ogen een mooie en brede basis: je bestudeert het verleden vanuit verschillende perspectieven en leert een link te leggen met het heden. Ik heb daardoor kennis opgedaan over culturele, economische en politieke kwesties die waardevol is in mijn werk als officier. Daarnaast had ik tijdens mijn studie al een voorliefde voor militair-politieke onderwerpen. Denk aan de schuldvraag ten aanzien van de Vietnamoorlog, de kwestie in Nederlands-Indië en de geschiedenis van de mensenrechten.’
En waarom koos je specifiek voor de infanterie?
‘Soldaten van de infanterie vormen het vechtende hart van de Landmacht. Met gepantserde voertuigen of helikopters worden ze naar de plek van actie gebracht om het gevecht te voeren. Om leiding te kunnen geven aan infanteristen moet je fit, stressbestendig en besluitvaardig zijn. Ik herkende mezelf in die eigenschappen, maar wist ook dat ik me nog verder kon ontwikkelen. Ik was wel toe aan een uitdaging, fysiek én mentaal.’
Wat zijn je taken als infanterieofficier?
‘Mijn functie is tweeledig. Op de kazerne ben ik vooral bezig met personeelszaken, besprekingen en het plannen van oefeningen of missies. Als we daadwerkelijk op oefening of missie zijn, ben ik verantwoordelijk voor het commandovoeringsproces. Ik bepaal de operationele, tactische en strategische stappen en stuur mijn peloton aan. Leidinggeven aan mensen op de werkvloer is één; leidinggeven aan militairen die vermoeid zijn, weinig hebben gegeten en zware bepakking moeten dragen in de regen is een tweede. Gelukkig leer je tijdens je opleiding hoe je moet handelen in zulke moeilijke situaties.’
Wat leer je nog meer tijdens je officiersopleiding?
‘Je opleiding tot infanterieofficier bestaat uit verschillende delen. In de eerste weken vorm je je tot militair, daarna duik je de collegebanken in en tot slot volg je een vaktechnische opleiding. De vakken die je volgt zijn qua vorm en inhoud anders dan op de universiteit, maar niet minder interessant. Het leukste vak vond ik Joint Landoptreden. Je leert dan hoe een operatie tot stand komt en krijgt echt een kijkje in de keuken van de defensieorganisatie.’
Wanneer mag jij je skills écht in de praktijk brengen?
‘Momenteel zit ik midden in de voorbereidingen voor een grote oefening naar Duitsland. Na de oefening ga ik voor de eerste keer op missie naar Litouwen, dicht bij de Russische grens. Daar gaan we met 250 militairen de enhanced Forward Presence (eFP) versterken. Het wordt de eerste keer dat ik zo lang van huis ben, maar ik weet zeker dat het een kroon op maandenlang hard werken zal zijn.’